Eigen verklaring
Als bestuurder ben je verantwoordelijk voor je eigen veiligheid en voor die van anderen. Om te mogen rijden moet je daarom volgens de wet ‘rijgeschikt’ zijn. Dat wil zeggen: geestelijk en lichamelijk in staat om te rijden.
Heb je bijvoorbeeld gezondheidsproblemen of een beperking? Of gebruik je medicijnen die invloed hebben op hoe je rijdt? Dan mag je niet altijd de weg op. Om jouw rijgeschiktheid te kunnen beoordelen, stelt het CBR je een aantal vragen over jouw gezondheid. Deze vragen staan op het formulier Eigen verklaring.
Klik hier om via CBR te lezen hoe het precies werkt
Hieronder lees je welke vragen er op de Eigen verklaring staan en de toelichting hierop.
De vragen met toelichting
1. Hebt u last van of last gehad van epileptische aanvallen, flauwvallen, aanvallen van abnormale slaperigheid overdag of andere bewustzijnsstoornissen? | Abnormale slaperigheid overdag komt voor bij het slaapapneusyndroom, bij narcolepsie, maar ook als bijwerking van sommige geneesmiddelen. |
2. Hebt u last van of last gehad van evenwichtsstoornissen of ernstige duizelingen? | Ernstige duizeligheid kan optreden bij aandoeningen van het evenwichtsorgaan. Een bekende oorzaak is het syndroom van Menière. Hebt u last van erge duizelingen, ongeacht de oorzaak, vul dan ‘ja’ in. |
3. Bent u onder behandeling of onder behandeling geweest voor een psychiatrische stoornis, een hersenziekte –zoals een beroerte– of een ziekte van het zenuwstelsel? | Bij deze vraag moet u denken aan: – hersenziekten zoals een beroerte, TIA, hersenbloeding, vaatafwijkingen in de hersenen, hersentumor, aangeboren hersenletsel of niet-aangeboren hersenletsel; – aandachtsstoornissen zoals ADD en ADHD; – stoornissen in de informatieverwerking zoals autisme, PDD-NOS, Asperger; – neurologische ziekten zoals de ziekte van Parkinson, multiple sclerose, ALS, spierzwakte of coördinatieproblemen als gevolg van zenuwschade; – psychiatrische ziekten zoals depressie, schizofrenie, obsessief compulsieve stoornis; – dementie, zoals de ziekte van Alzheimer, frontotemporale dementie, vasculaire dementie. |
4. Maakt u misbruik van of hebt u misbruik gemaakt van alcohol, geneesmiddelen, drugs of andere geestverruimende of bedwelmende middelen of bent u daarvoor ooit medisch onderzocht of onder behandeling geweest? | Er kan sprake zijn van misbruik van deze middelen als u of uw omgeving zich zorgen maakt over uw gebruik ervan. Vul dan de vraag met ‘ja‘ in. En ook als u daar voor behandeld bent of ooit een onderzoek via het CBR hebt ondergaan. Op http://www.jellinek.nl/test-uw-kennis-of-gebruik/test-uw-gebruik kunt u een test doen. U vult hier ook ‘ja’ in als uw rijbewijs vanwege de recidiveregeling volgens de wet ongeldig is geworden. |
5. Wordt of werd u behandeld voor inwendige ziekten als suikerziekte, hart- en vaatziekten, verhoogde bloeddruk, nierziekte of longziekte? Of hebt u een hart- of vaatoperatie ondergaan? | Vul ook ‘ja’ in als u een pacemaker, ICD of steunhart (VAD) heeft. |
6. Kunt u een arm, een hand of uw vingers niet of slechts beperkt gebruiken? | Denk hierbij aan de gevolgen van reuma, spierziekten of verlamming. Als u een deel van een arm of hand mist, vult u hier dan ook ‘ja’ in. |
7. Kunt u een been of voet niet of slechts beperkt gebruiken? | Denk hierbij aan de gevolgen van reuma, spierziekten of verlamming. Als u een deel van een been of voet mist, vult u hier dan ook ‘ja’ in. Als u hulpmiddelen gebruikt bij het lopen, zoals een stok, rollator of prothese, vult u hier ook ‘ja’ in. |
8a. Ziet u minder goed met één of beide ogen, zelfs als u gebruik maakt van een bril of contactlenzen? | Als u met één of beide ogen minder goed kunt zien, vul dan ‘ja’ in. Als u met uw bril of contactlenzen goed ziet, dan mag u ‘nee’ invullen. |
8b. Wordt of werd u behandeld door een oogarts? Of hebt u een oogoperatie of een laserbehandeling van de ogen ondergaan? | Denk hierbij aan oogziekten als staar, glaucoom, een lui oog, maar ook aan een beperking van het gezichtsveld, of onvrijwillige oogbewegingen (nystagmus). Vul ook ‘ja’ in als uw ogen een laserbehandeling kregen, behalve als die behandeling was om geen bril te hoeven dragen en goed is geslaagd. |
9. Gebruikt u medicijnen die volgens de bijsluiter de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden, zoals slaapmiddelen, kalmeringsmiddelen, antidepressieve middelen, antipsychotische middelen of opwekmiddelen? | In de bijsluiter van geneesmiddelen kunt u informatie vinden over de invloed op de rijvaardigheid. U kunt uw arts of apotheker om informatie vragen. |
10. Hebt u nog andere aandoeningen, ziekten of functiebeperkingen die het besturen van motorrijtuigen moeilijker maken? | Hebt u een ziekte, aandoening of functiebeperking die in de vorige vragen nog niet genoemd is, maar waardoor er wel twijfels zijn of u veilig kunt besturen? Vul hier dan ‘ja’ in. |
De Eigen verklaring moet naar waarheid worden ingevuld. Dit is een wettelijke verplichting volgens de Wegenverkeerswet 1994, artikel 114. Bron: CBR
Kijk voor meer informatie over medicijnen op Rij Veilig met Medicijnen.